Officials

Een carrièreswitch van shuttle naar pijltje

Wie het sportnieuws wat volgt weet dat de spectaculairste “switch“ die is van Zico Waeytens van profrenner naar bokser. Minder ophefmakend maar even interessant is de “make-over“ van Andy Vereecken van coach, ploegkapitein, wedstrijdleider en umpire van Pluimplukkers naar “darter“, op dit moment één van de populairste en groeiende sporten.

Hoe ging dat in zijn werk? Dat vroegen we hem zelf. Het enthousiasme en bezetenheid druipt er van af, zo kennen we Andy al heel lang.

  1. Het ging snel, de overgang van badminton naar darts. Hoe ben je bij darts terechtgekomen?

Ik heb altijd graag darts gespeeld.Het hele verhaal is zowat 25 jaar geleden begonnen. Toen speelden we na de competitie op zondagavond met meerdere mensen. Ik was toen steeds wedstrijdleider. Na de ontmoeting, terwijl de spelers gingen douchen kookte ik de spaghetti en warmde de saus. Toen iedereen gegeten (en gedronken) had,deden onze thuisspelers de afwas en speelden wij een potje darts. Die liefde is nooit over gegaan.

Tijdens de corona periode was dat één van de weinige dingen die je kon blijvenspelen. Je hebt niet veel nodig, het kan “in je kot“. 3 pijltjes, een bord en goed 3 meter ruimte en je bent vertrokken. Je sportzak past gewoon in je broekzak, dat is ook altijd handig.

Een collega, die al 15 jaar competitie speelt, kwam op zijn verjaardag op 2 mei 2021 dat bij mij thuis op den hof vieren. Ik won de meeste spelletjes, en toen is het écht beginnen kriebelen. Toen hij mij uitnodigde op een trainingsavondje in zijn club was ik direct verkocht! Het seizoen nadien zou ik al competitie spelen.

  1. Wat vind je zo tof aan het spelletje?

Het is en blijft altijd spannend en is nooit gedaan, hoe veel je ook voor of achter staat. Als je je “dubbels“ niet meer scoort kan een voorsprong snel wegsmelten. Het is een combinatie van een “mind game“ en goed kunnen rekenen. Ik speel nu bijna elk weekend 2 tornooien en dit gecombineerd met competitie op zaterdagavond. Volgend seizoen komt daar ook nog competitie op vrijdagavond bij. Heel wat activiteit dus, maar een competitiebeest ben ik altijd geweest, hé.

  1. Wat zijn jouw ambities in het darten?

Goh, moeilijk te zeggen nog nu, maar dromen mag, hé. Ik wil eerst en vooral constanter worden. Ik ben tevreden over mijn huidig niveau, ik heb al 3 finales gespeeld en zelf er eentje van gewonnen. Ook mijn ploeg Cyberdarts is al 14 ontmoetingen ongeslagen. We moeten nog 4 wedstrijden spelen, met nog 1 keer tegen de tweede en nog 2 keer tegen de derde. De heenrondes zijn uitgesteld door corona. Dus ik wil ook absoluut kampioen spelen, liefst op de laatste thuismatch op mijn verjaardag op 14 mei. Ik speel zowel kleine tornooitjes met 32 deelnemers voor 4 blokken als tornooien met meer dan 100 spelers en meer dan 20 'doelen'. In café Den Toren in Semmerzake heb ik toch al naam, heb daar al altijd minstens kwartfinale gespeeld. Als ze dan mijn naam afroepen hoor ik toch al eens 'Oei, ‘t is tegen Andy'. Altijd leuk om dat te horen...

  1. Je zit goed in de club in de Dievenput. Wat zijn de ambities van de club/ het bestuur. Welke functie heb je?

Het is echt een leuke groep en ik ben met open armen ontvangen. We willen zeker kampioen spelen, want stijgen doen we sowieso al. Ik zat ook al snel in het bestuur van de club, ik ben competitieleider (hier wel!). We richten op korte termijn ook een nieuw verbond op, de Euro Darts League, waar al het geïnvesteerde geld terug naar de spelers en de clubs gaat, want dat is in de huidige bonden en tornooien toch niet altijd zo. We spreken hier over een budget van 15.000 euro voor volgend seizoen en dan gaat het over maximum 28 ploegen voor de helft van het grondgebied van Oost-Vlaanderen. We zijn ook heel transparant, hoe het geld wordt verdeeld kan iedereen zien. We willen het écht wel goed en gestructureerd doen. Binnen 6 jaar zouden we al over heel Vlaanderen actief zijn. Maar daarvoor hebben we meer mensen ter plaatse nodig. We zijn voorlopig maar met 3 in het bestuur van de EDL.

Wat  me  wel direct opviel tijdens de tornooien is het amateurisme van de organisaties. Je weet niet wanneer je moet spelen, tegen wie, hoeveel winnende legs, hoeveel wedstrijden je moet spelen en in welk deel van de tabel je zit, ze vergeten 'schrijvers' aan te duiden (er is altijd iemand nodig die de score opschrijft en moet berekenen hoeveel je nog over hebt). Heel dikwijls een warboeltje... Ik ben toch al een kleine 30 jaar iets anders gewoon... In “den badminton“ hangen de tabellen steeds uit, of je kan ze terugvinden op internet. En "Ike", mijn voorzitter, had direct gezien dat ik weet hoe tornooien en competitie werken, hoe een tabel of poules in elkaar zitten, en dan maakt de sport niet uit. Ik ben blij en fier dat mijn talent hier wel benut wordt.

  1. Heb je het badminton helemaal vaarwel gezegd?

Een gevoelige vraag, zeg nooit “ nooit “. Ik heb het hier mentaal zéér moeilijk mee gehad. Het laatste seizoen heb ik mij dikwijls afgevraagd: “ben ik hier omdat ik het gewoon ben om hier te zijn (zoals de laatste 10 jaar), of ben ik hier omdat ik hier wil zijn?“. Dan weet je dat de passie weg is! Als ik iets deed heb ik dat altijd voor 200% gedaan. Ik heb altijd, met volle overtuiging voor de groep of de anderen gekozen. Maar het werd tijd dat ik nu ook eens aan mezelf dacht,   dat heeft de coronacrisis me zeker duidelijk gemaakt! Pas op, ik mis al die mensen waar ik wekelijks uren mee in de sporthal en cafetaria heb gezeten. Maar de sport niet, daarvoor hebben bepaalde mensen binnen Badminton Vlaanderen mij te veel pijn gedaan. Na het niet slagen als wedstrijdleider was het voor mij duidelijk: hier stopt het voor mij! De oorzaak is maar al te duidelijk voor mij: samen met Lynn Sioncke is badminton voor mij gestorven. De tranen rollen nog steeds over mijn wangen als ik een crossdrop zie...

Ik had een zeer goede band met Lynn, wij hadden niet veel woorden nodig, ik mis haar zo. Ik zit er ook al meer dan een generatie in hé. De jeugd van vroeger heeft nu zelf al kinderen die badminton spelen. Nu ben ik ook niet meer de oudste met de meeste ervaring, en ja zelfs niet altijd meer de zwaarste! Nu ben ik “de nieuwe“, met minst ervaring en met groeipotentieel.

  1. Wat zijn je mooie herinneringen in het badminton?

Dat zijn er echt teveel om in één artikel te krijgen. Ik was kapitein, coach, umpire, wedstrijdleider, lijnrechter én “badmintonencylopedie”. Als speler,een mooie carrière in C 1 en B2, een provinciale titel in 1997 in dubbel heren.

3 jaar na elkaar kampioen spelen als kapitein van mijn gemengde ploeg ( van 3e provinciale naar 3e Liga ). Uiteraard dat ik nooit heb verloren van Yuhan Tan! 2 keer tegen gespeeld op tornooi van de Mintons in B2 ( dubbel en mixed)Ik denk dat Lianne maar 10 was ofzo.

Als ploegkapitein van onze eerste damesploeg, de eerste mannelijke coach van een damesploeg in de liga, omdat de dames de opstelling van mij aanvaarden omdat ze het zelf zo moeilijk vonden. Als umpire, in februari van dat jaar al het BK mogen doen toen ik nog maar enkele maanden umpire was. De A tornooien in Lokeren en Waregem met de Deense delegaties. De dankbaarheid van spelers, ongeacht hun niveau.

Als  coach, alleen op ervaring, zonder scholing toch tactisch spelers goed heb kunnen begeleiden tot A speler, zeker het A-jaar van Daan De Smet. De jaren met de ploegen van Pluimplukkers in de nationale afdelingen, de heren-en damesploeg. De mooiste zullen altijd het Vlaams kampioenschap blijven, met titels voor David Hesters, Elise Dhondt, Jana Tegethoff. Al de keren dat ik achter de baan van Lynn en vele anderen heb mogen zitten...

Als lijnrechter, de finale Lin Dan - Lee Chong Wei op de All England, het EK voor landenteams in Nederland, alle versies van de Yonex Belgian International. En zeker niet te vergeten de vele vriendschappen die ik heb overgehouden in een lange carrière als badmintonliefhebber. Ik was graag gezien, dat mag ik zeggen, ook bij de tegenstanders. With love, Andy.

Ondertussen is Andy met zijn “ploegje“ Cyberdarts kampioen geworden in de Oost-Vlaamse Darts Liga reeks B.

« Terug